Kleinere celmaat

Mehring
In 1857 was het Mehring die de eerste kunstraat ontwikkelde. Hiervoor had hij een op een plankje hardhout van 5 cm. 9 cellen uitgesneden. De celgrootte bedroeg dus 5,5 mm (afgerond). Ik heb niet kunnen achterhalen waarom hij op deze celmaat uitkwam.

Baudoux
In 1893 deed Baudoux een meting bij natuurvolken. Hij kwam uit op een gemiddelde van 5,1 mm. Baudoux bedacht dat een grotere celmaat, grotere bijen zouden opleveren, wat in principe juist is. Door de grotere celmaat en de daardoor verkregen grotere bijen hadden de bijen niet meer voldoende ruimte tussen de raten. De afstand tussen de raampjes werd vergroot van 38 naar 39 mm. Grotere bijen, grotere honingmaag , dus meer honing. Hij ontwikkelde kunstraat met een grootte van 6 mm en groter. In de praktijk bleek dat de volken met grotere bijen in beginsel meer honing opleverden, maar er kleefden ook nadelen aan. Zo was o.a. het voedselgebruik hoger en de bijen waren minder sterk en leefden minder lang.
Door de jaren heen is de standaardmaat van kunstraat 5,4 mm geworden, waardoor we tegenwoordig waarschijnlijk iets grotere bijen hebben, dan de oorspronkelijke korfbijen van voor 1857.

Huidige Nederlandse situatie
Rond 1947 werd er in Nederland een normalisatiecommissie ingesteld, die de maten van de (Simplex-)ramen en de (Simplex-)kasten vastlegde.
De dubbele Simplexkast is later vervangen door de enkelwandige Spaarkast, maar de naam Simplex wordt nog steeds gebruikt voor de kunstraat en de raampjes. Dus “het ielgat” verkoopt nog steeds Simplex-raampjes en Simplex kunstraat. De gebruikte afstandsrepen hebben een raamafstand van 38 mm. hart op hart. De celgrootte van de kunstraat is 5,4 mm. Deze is nog steeds afgeleid van Mehring (5,5 mm). Eigenlijk passen de afstandsrepen van 38 mm. hart op hart niet bij de gebruikte kunstraat 5,4 mm. Dat kun je goed zien aan de manier waarop de raampjes worden uitgebouwd. De opgeslagen honing boven het broednest steekt altijd iets teveel uit, waardoor je bij het uithalen van de raampjes het probleem hebt van lekkende honing, met soms roverij tot gevolg. Sommige imkers gebruiken daarom 11 raams afstandsrepen in een 10 raams kast. Hart op hart is hier de afstand 35 mm, deze is eigenlijk te krap voor de bijen.

De Segeberger bijenkast van Het ielgat is 100 % aangepast aan onze Simplexramen, wij hebben een raamafstand hart op hart van 37 mm. De raampjes hangen 12 mm uit elkaar. Deze afstand past bij een celgrootte van 5,4 mm. Zie ook ons blog over onze Segeberger kunststofkast.

Kunstraat celgrootte 5,1 mm
Het ielgat verkoopt vanaf nu kunstraat met een celgrootte van 5,1 mm. Hierdoor krijg je kleinere bijen. De celgrootte is de gemiddelde grootte van de korfbijen van ongeveer 150 jaar geleden. Het voordeel is dat er een betere warmtehuishouding ontstaat. Uit literatuur onderzoek blijkt dat een kleinere celmaat een positief effect heeft op het aantal Varroamijten in een volk.

Een “bijenkorf” in Burundi.
De bijen (A.M.Adonsonïï) worden er al meer dan 2000 jaar op deze manier gehouden. De bijen zijn kleiner dan onze honingbij, de celmaat is 4,9 en kleiner, de bij behoort tot de oudste Apis Mellifera rassen

Hoe krijg ik een volk op een celgrootte van 5,1 mm?

  • Breng het volk terug op 1 bak.
  • Plaats een moerrooster.
  • Bak met koningin onder het rooster, rest van de ramen in een broedkamer boven het rooster.
  • Regelmatig een raam broed boven het rooster hangen en vervangen door een raam met kunstraat 5,1 mm. In de loop van het jaar zullen alle ramen vervangen zijn door ramen met cellen van 5,1 mmDarren
    Er kan een tekort aan darren ontstaan, omdat de bijen niet zo snel darrenraat gaan bouwen,
    dit kun je op meerdere manieren ondervangen:
  1. Hang een honingraampje met kunstraat 5,1 mm in het broednest, de bijen zullen de onderkant uitbouwen met darrenraat.
  2. Hang een broedkamerraam in het volk, met een half vel kunstraat, de bijen zullen de andere helft vol bouwen met darrenraat. Wil je wat meer darren, omdat je hier met geselecteerde koninginnen werkt, (zie onder) kun je ook 2 van zulke raampjes inhangen.
  3. Snijd van elke vel kunstraat die je insmelt aan de onderkant een punt af, de bijen zullen dit ook met darrenraat vullen. Dit is een meer natuurlijke manier, omdat je de darrenraat beter verdeelt over het volk.
  4. Uit vele onderzoeken blijkt dat bijen op één raam, meerdere cel-groottes maken. Zoals
    gezegd, wil je terug naar een kleinere celmaat, dan ga je kunstraat met 5,1 mm. celmaat
    gebruiken. Wil je meer natuurlijk werken, dan kun je elk volk 2 natuurbouwramen geven,
    waardoor je 2 ramen krijgt met cellen van verschillende groottes, dit zullen ook de
    darrenraten worden.
  5. Houd het volk zo compact mogelijk. Geef niet meer ruimte dan een koningin aankan. Werk met sluitblokken. Bij “het ielgat” hebben we erg mooie, isolerende sluitblokken, voor Simplex en Dadant US kasten.

Hoe krijg ik een volk met een goed hygiënisch gedrag of echte VSH bijen?

  • Overlarven van VHS volken. VHS wordt beter doorgegeven door de koningin, dan door de darren. Wil je snel resultaat boeken, dan kun je beter moeren kweken van VSH volken Om tot een snel resultaat te komen, zul je tenminste 2 jaar achter elkaar van dit soort volken moeten overlarven.
    Daarna kun je verder met eigen selectie. Dit jaar gaan we proberen of we een aantal overlarfdagen kunnen organiseren met larfjes van VSH volken. Deze koninginnen moeten dan op de eigen stand bevrucht worden, wanneer je een paar jaar achter elkaar op deze manier overlarft, en dan in een paar volken wat extra darren kweekt, dan boek je het snelst resultaat.
  • Selecteren uit eigen volken:
    1. Plaats de schuiflade.
    2. Leg een wit papier op de schuiflade.
    3. Smeer de randen van dit papier in met olie of vaseline. Hierdoor kunnen mieren de Varroa’s niet wegslepen en ook kunnen er geen Varroa’s “ontsnappen”
    4. Tel om de 3 dagen. Noteer van elk volk de gevallen mijten en teel na van het volk met de
    minste mijtenval. Zoals gezegd, hiervoor heb je een wat langere adem nodig. Het voordeel is, dat je met je eigen
    materiaal blijft werken.

Nog wat cijfertjes:
Celmaat 5,4mm
Bij een celmaat van 5,4 mm zitten er ongeveer 5.260 cellen op één raam. In een houten 10 raams-kast, raamafstand 38 mm. zijn dat 52.600 cellen.
In een Segeberger 11 raams “ielgatkast” , ruimte hart op hart 37 mm. zijn dat 57.860 cellen. Doordat de raampjes iets dichter op elkaar hangen, heb je een betere warmtehuishouding in de kast. De Segeberger is een vierkante kast, dat betekent dat je de broedkamer ook nog in warmbouw kunt
zetten, dat is nog een verbetering van de warmtehuishouding.

Celmaat 5,1mm
Bij een celmaat van 5,1 mm. zitten er ongeveer 6.150 cellen op één raam. In een houten 10 raams-kast zijn dat 61.500. In een 11raams Segeberger van Het ielgat zijn dat 67.650. Een koningin met een legcapaciteit van 2.000 eitjes per dag heeft voor het broed in 21 dagen 42.000 cellen nodig. Dat betekent dat je met een Segeberger “ielgat”-kast op één broedkamer zou kunnen imkeren, misschien dat je af en toe een raam met honing boven het rooster moet hangen.

Celmaat 4,9mm
Er is een kleine groep imkers die kunstraat van 4,9 mm gebruikt. Het voordeel is dat de warmtehuishouding nog wat beter is en verder is men ervan overtuigd dat je met deze celmaat de Varroa niet hoeft te bestrijden. Als je wilt overstappen op 4,9 mm. moet het volk volledig op 5,1mm zitten. Het proces daarna verloopt wat moeilijker, het kan als boven, alleen moet je langer wachten voordat je een volgend raam met 4,9 inhangt, ook is het beter om de raampjes wat dichter op elkaar te hangen. Vaak wordt er met een tussenstap gewerkt, waarbij de volkjes eerst in bv. een Mini+ kastje worden opgekweekt met een celmaat van 4,9 mm.

Bert Pranger
Het ielgat